Veelgestelde vragen

Hier vindt u veelgestelde vragen over het windpark Elzenburg - De Geer en over wind-energie in het algemeen. Mist u een vraag? Stel deze dan via info@windparkelzenburgdegeer.nl en wij proberen deze hier te beantwoorden.

Over windpark Elzenburg-De Geer

Waar worden de windmolens geplaatst?

Het windpark Elzenburg - De Geer is gepland in het gebied ten noordoosten van het bedrijventerrein Elzenburg - De Geer.

2020 03 12 Afbeelding5

 

Waarom op deze locatie?

Vooronderzoeken hebben laten zien dat een windpark bij Elzenburg – De Geer op dit moment de meest haalbare kans is op invulling van de duurzaamheidsambities van de gemeente Oss op de korte termijn (2020). Daarom heeft de gemeente Oss ervoor gekozen om een windpark op deze locatie mogelijk te maken. Pure Energie was op dat moment al als initiatiefnemer actief in het gebied.

Zijn alle 4 windmolens hetzelfde?

In het bestemmingsplan is vastgelegd dat de rotordiameter en de ashoogte van de windmolens in het windmolenpark onderling hetzelfde dienen te zijn. Daarbij hebben de initiatiefnemers afgesproken dat er één type windmolen komt in het windpark.

Welke hoogte krijgen de windmolens?

Het is nog niet bekend wat de exacte hoogte van de windmolens is. Dat is pas bekend wanneer het type windmolen bekend is. In het bestemmingsplan en de omgevingsvergunningen is wel een bandbreedte voor de ashoogte (hoogste punt van de mast), tiphoogte (het hoogste punt van de wiek) en rotordiameter vastgelegd. De windmolens mogen maximaal een tiphoogte hebben van 210 meter.

Hoeveel energie leveren windmolens?

De windmolens leveren jaarlijks naar verwachting ongeveer 50 miljoen kilowattuur aan elektriciteit op. Dat staat gelijk aan het jaarlijkse energieverbruik van circa 14.500 huishoudens in de gemeente Oss. Het windpark draagt daarmee aanzienlijk bij aan de duurzame energieambitie van de gemeente Oss.

Hoeveel geluid mogen de windmolens maken?

Voor het verkrijgen van de omgevingsvergunningen is onderzocht wat de minimale en maximale effecten voor wat betreft geluid van de beoogde windmolens zijn. Vervolgens wordt binnen de bandbreedte van de vergunning het te realiseren windmolentype gekozen. Vervolgens moeten de initiatiefnemers kunnen aantonen dat de gekozen windmolen kan voldoen aan de specifiek geldende geluidsnormen voor Windpark Elzenburg – de Geer en welke maatregelen eventueel noodzakelijk zijn om aan deze geluidsnormen te voldoen.

Geven de windmolens overlast van slagschaduw?

De initiatiefnemers zijn gehouden aan de specifiek geldende slagschaduw norm uit de omgevingsvergunningen, waarin staat opgenomen dat een gevoelig object maximaal 6 uur per jaar mag worden geraakt door de slagschaduw. Daarmee gaan de initiatiefnemers verder dan de wettelijke norm, waarin bepaald is dat een slagschaduw van een windmolen mag maximaal 17 dagen per jaar, meer dan 20 minuten gevoelige objecten binnen een afstand van 12 keer de rotordiameter raken. De initiatiefnemers gaan op basis van de slagschaduwkalender in gesprek te met omwonenden over dagen en tijden met potentiële hinderlijke slagschaduw en de programmering automatische stilstandsregeling.

Krijgen de windmolens obstakelverlichting?

Ja. Vanwege de vliegveiligheid moeten windmolens worden voorzien van 'obstakelverlichting'. Op basis van internationale ICAO-richtlijnen bepaalt de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) welke verlichting een windmolen moet hebben. Momenteel moeten in principe alle windmolens met een tiphoogte hoger dan 150 meter obstakelverlichting hebben. Vroeger moesten deze lampen wel knipperen, maar omwonenden gaven aan daar hinder van te ondervinden. Daarom mogen de lampen nu vast brandend zijn en daar kiezen wij dan ook voor. Meer informatie over obstakelverlichting leest op de website van de Rijksoverheid

Zijn de plannen voor het windpark al definitief?

Nee, nog niet. Tegen het in december 2021 vastgestelde bestemmingsplan en de omgevingsvergunningen zijn zeven beroepschriften ingediend. Als de Raad van State deze beroepschriften ongegrond verklaart, dan zijn het bestemmingsplan en de omgevingsvergunningen vanaf dat moment onherroepelijk en kan worden gestart met de bouw van het windpark.

 

We zijn in afwachting van een uitspraak van de Raad van State. Er is nog geen zittingsdatum bekend.

Hoe wordt het windpark gebouwd?

Het bouwproces voor het windpark begint met het aanbrengen van voorbelasting voor de nieuwe wegen richting de windmolens. Na het aanbrengen van de voorbelasting is een rustperiode van ongeveer 4 maanden waarin de grondlagen stabieler worden. Bij de volgende stap wordt het (overtollige) zand gebruikt om bouwwegen te maken. Daarna worden de parkbekabeling, kraan opstelplaatsen en windmolenfundamenten aangelegd. Na al deze stappen begint de bouw van de windmolens. Eerst worden de torenonderdelen geplaatst op ieder windmolenfundament. Dan volgen per windmolen de resterende onderdelen: gondel (behuizing), naaf (as) en wieken. Wanneer de windmolen helemaal staat, worden de interne bekabeling en schakelkasten aangebracht. Daarna is de windmolen gereed voor productie en wordt met testperiode gestart. Verloop dit goed, dan wordt de windmolen officieel in productie genomen.
 

In deze timelaps laten we zien hoe een windmolen wordt gebouwd.

 

Kan ik hinder ondervinden van bouwtransport?

Bij de uitvoering van de werkzaamheden worden voornamelijk standaard transportvoertuigen (van werkbussen tot cementwagens) gebruikt die wettelijk op de openbare weg zijn toegestaan door het RDW. De verwachting is dat de verkeersbewegingen van deze voertuigen, gezien de aard van de werkzaamheden, een klein onderdeel zijn van het totaal aantal verkeersbewegingen op de omliggende, openbare wegen.

Daarnaast valt een klein aantal transporten onder bijzonder, dan wel exceptioneel transport. Hierbij gaat het om ladingen die ‘ondeelbaar’ zijn (zoals windmolenonderdelen) en wat betreft afmetingen en gewichten, groter of zwaarder zijn dan de wet toestaat. Voor het transport van deze ladingen is een ontheffing nodig en vindt onder begeleiding van de RDW plaats.

Over participatie

Krijgt de omgeving ook inkomsten van het windpark?

Pure Energie en De Wachtmeester dragen bij aan twee fondsen: het omgevingsfonds en het duurzaamheidsfonds. Het omgevingsfonds wordt beschikbaar gesteld aan de directie omgeving en het duurzaamheidsfonds is een fonds voor alle Ossenaren.

Is er ook ruimte voor financiële participatie in het windpark?

Ja, daar is ruimte voor. De helft van het windpark is in handen van exploitatiemaatschappij De Wachtmeesters. Zij geven windobligaties, die inwoners, instellingen en bedrijven binnen de gemeente Oss kunnen kopen. Meer informatie: www.dewachtmeesters.nl.

Over het bouwproces

Wat gebeurt er de komende periode?

Zodra het bestemmingsplan en de omgevingsvergunningen onherroepelijk zijn, kunnen voorbereidingen worden getroffen voor allerlei civieltechnische werkzaamheden. Denk hierbij aan de locatie en aanleg van toegangswegen, kraanopstelplaatsen, parkbekabeling, inkoopstation, netaansluiting en andere tijdelijke voorzieningen. Als hierover meer bekend is, plannen de initiatiefnemers een informatiebijeenkomst voor de omgeving.

Wanneer worden de windmolens gebouwd?

De exacte planning is nog niet bekend. De planning van de bouw hangt ook samen met de uitspraak van de Raad van State over de beroepschriften. Als de Raad van State de beroepschriften ongegrond verklaart, dan zijn het bestemmingsplan en de omgevingsvergunningen vanaf dat moment onherroepelijk. Daarna kan het windpark pas gebouwd worden. 

Vinden er bouwwerkzaamheden buiten de reguliere tijden plaats?

De initiatiefnemers stellen alles in het werk om hinder bij werkzaamheden tot het minimum te beperken. Dat betekent ook dat er in principe geen bouwactiviteiten plaatsvinden buiten reguliere tijden (reguliere werktijden zijn werkdagen tussen 7.00 en 19.00 uur). Indien er bouwwerkzaamheden buiten de reguliere tijden moeten plaatsvinden, wordt dit vooraf en tijdig met de omgeving gecommuniceerd. Transport van grotere onderdelen, vooral de bladen, vindt meestal wel ’s avonds en ’s nachts plaats. 

Wordt er een nulmeting voorafgaand aan de werkzaamheden uitgevoerd?

Om schade aan de bouwwerken in de omgeving door werkzaamheden te voorkomen, voeren de initiatiefnemers voorafgaand aan de werkzaamheden een risico-inventarisatie uit. Mocht hieruit blijken dat bepaalde bouwwerken een verhoogd schade-risico lopen, dan wordt bij deze bouwwerken een nulmeting uitgevoerd.

Welke route gebruikt het bouwverkeer?

Dat is op dit moment nog niet bekend. Zodra de initiatiefnemers meer weten over de bouwverkeerroutes, wordt dit met de omgeving gecommuniceerd. Daarnaast wordt voorafgaand aan de werkzaamheden nog een informatieavond georganiseerd waarbij alle aspecten van de bouw worden toegelicht.

Over windenergie

Waarom windenergie?

Windenergie is effectief in de strijd tegen de klimaatverandering, omdat windmolens bij het opwekken van windenergie geen CO2, fijnstof, stikstofoxiden, zwaveldioxide en andere vervuilende stoffen uitstoten. Windenergie is schoon, onuitputtelijk en de goedkoopste vorm van duurzame energie. Daarnaast is Nederland een echt windland, het waait in ons land vaak en hard.

Waarom is duurzame energie zo belangrijk?

De meeste energie die we in Nederland gebruiken komt uit fossiele brandstoffen. Bij de verbranding komt CO2 vrij. Doordat er steeds meer CO2 in de atmosfeer komt, stijgt de temperatuur op aarde en dat kan ingrijpende gevolgen hebben voor mens, dier en natuur. Nederland heeft zich gecommitteerd aan de afspraken van het klimaatakkoord van Parijs om de klimaatverandering binnen de perken te houden. Daarom is het belangrijk dat we het gebruik van fossiele brandstoffen verminderen. Dat kan door minder energie te gebruiken en door over te stappen op bronnen die schone energie produceren. Dat zijn onder andere wind, zon, water en aardwarmte.

Hoe werkt een windmolen?

Boven de mast staat de gondel, de plek waar bijna alle techniek zit en waar de wieken aan vastzitten. In de gondel zit een generator. De generator is een grote dynamo die de draaiende beweging van de wieken omzet in elektriciteit. Om de draaiende beweging sneller te maken, zit in de gondel bij een deel van de windmolens ook een tandwielkast. De tandwielen laten een as sneller draaien zodat de relatief langzaam draaiende wieken via deze as uiteindelijk toch genoeg snelheid opleveren om elektriciteit te kunnen opwekken. Er zijn ook zogeheten direct drive-windmolens die geen tandwielkast nodig hebben.

Meer over hoe een windmolen werkt, kunt u hier lezen. Hoe wordt een windmolen gebouwd? Klik hier om daarover een filmpje te zien.

Hoe belangrijk is de hoogte van een windmolen?

Heel belangrijk, want de stroomopbrengst is afhankelijk van de hoogte van de windmolen. Met name de rotordiameter is belangrijk. Hoog in de lucht waait het vaker en harder. Hoe groter de rotordiameter, hoe meer wind de wieken vangen en hoe meer stroom de windmolen opwekt. Over het algemeen geldt de regel: als de wieken van een windmolen twee keer zo groot zijn, is de opbrengst (in kWh) vier keer zo hoog. De trend in Nederland is dat windmolens daarom steeds hoger worden, omdat ze dan veel meer elektriciteit opwekken. Dat zorgt ervoor dat windenergie ook steeds efficiënter wordt opgewekt en dus goedkoper om te produceren. Lees hier meer over het belang van de hoogte van een windmolen.

 

Een grotere windmolen mag niet meer geluid veroorzaken op de gevel van een woning of meer slagschaduw veroorzaken dan een kleinere. Een grotere windmolen maakt niet automatisch meer geluid dan een kleinere windmolen, dat verband blijkt niet uit de gegevens van moderne, grotere windmolens. Een grotere, nieuwe windmolen kan bijvoorbeeld zelfs stiller zijn dan een kleinere, oude windmolen doordat de nieuwste technieken op bijvoorbeeld het gebied van geluidsreductie in die nieuwe windmolen zijn toegepast.

Geven windmolens lichtschittering en is dat te voorkomen?

Lichtschittering kan ontstaan doordat zonlicht op de draaiende wieken schijnt. Om dit te voorkomen, worden de wieken van de windmolens voorzien van een anti-reflecterende coating of een matte verf.

Hoe lang gaat een windmolen mee?

Economisch gezien wordt een windmolen doorgaans in vijftien jaar afgeschreven, technisch gaat een windmolen al gauw 25 jaar mee. Wanneer de molens aan het einde van hun technische levensduur komen, wordt er de afweging gemaakt of de windmolen kan blijven staan of dat deze beter kan worden ontmanteld.  Het verwijderen van een windmolen kan vaak kostenneutraal, omdat veel onderdelen hergebruikt kunnen worden. Wat ook regelmatig voorkomt, is dat een windmolen wordt ontmanteld, wordt opgeknapt en op een andere plek weer wordt opgebouwd om vervolgens nog langer duurzame energie op te wekken.

Over de procedures

Is er gekeken naar de milieuaspecten?

Het plaatsen van windmolens heeft invloed op de omgeving. Windmolens moeten veilig zijn, zo weinig mogelijk overlast veroorzaken voor omwonenden en zo weinig mogelijk schade toebrengen aan dieren en planten. Er zijn voor windmolens uitgebreide randvoorwaarden vastgesteld op gebied van milieu en omgeving (Wet Milieubeheer). In de m.e.r.-procedure uitgebreid onderzoek gedaan naar de verschillende milieuaspecten die relevant zijn bij de aanleg van een nieuw windpark. Daarbij gaat het om aspecten als: vogels, vleermuizen, geluid, risicozonering, slagschaduw, gezondheid, radar, vliegveiligheid. Het MER kunt u lezen op de website ruimtelijke plannen (bijlage van het bestemmingsplan).

Is er een planschaderegeling?

Er is op voorhand geen regeling met omwonenden voor eventuele planschade getroffen. In de Wet op de ruimtelijke ordening is bepaald, dat als iemand schade lijdt of zal lijden als gevolg van bijvoorbeeld een wijziging van het bestemmingsplan of een vrijstelling van het bestemmingsplan, hij/zij een verzoek om vergoeding van planschade kan indienen bij de gemeente. De gemeente heeft met de initiatiefnemers afspraken over het verhalen van de kosten voor de feitelijke planschade. Om de planschadeprocedure te kunnen starten, moet het planologische besluit onherroepelijk zijn.

Over windmolens

Draaien windmolens altijd?

Ja, in principe wel. Maar een windmolen staat ook wel eens stil. Bijvoorbeeld voor onderhoud of als het niet waait. Dit laatste komt beperkt voor. Moderne windmolens hebben erg weinig wind nodig om toch te draaien en elektriciteit op te wekken. Ook bij hele harde wind (windkracht 9-10) kan een molen uit veiligheidsoverwegingen worden uitgezet, maar dit komt ook zelden voor. Daarnaast wordt een molen ook wel eens stilgezet om slagschaduw op nabijgelegen woningen te voorkomen (bij een bepaalde stand van de zon).

Over effecten van windmolens

Hoe groot moet de afstand tussen een windmolen en een woning minimaal zijn?

In de wetgeving zijn geen minimale afstanden tussen windmolens en bijvoorbeeld woningen opgenomen. De afstand tot woningen wordt bepaald aan de hand van de normen voor onder andere geluid, slagschaduw en veiligheid. Het zijn daarin vooral de geluidsnormen die bepalen hoever een windmolen van bijvoorbeeld woningen moet staan.  

 

Een vuistregel uit de praktijk is dat er doorgaans circa 400 meter afstand nodig is tussen een windmolen en bijvoorbeeld een woning van derden om aan de geluidsnormen te kunnen voldoen. In een vroegtijdig stadium van een windproject kan deze vuistregel ter indicatie worden gehanteerd.  

 

In een later stadium van een windproject wordt onder andere een geluidsonderzoek uitgevoerd. Daaruit blijkt precies of bij woningen in de omgeving kan worden voldaan aan de geluidsnormen en welke afstand er nodig is tussen de windmolen en bijvoorbeeld woningen om te voldoen aan de normen.  

 

De afstand die nodig is om aan de geluidsnormen te voldoen, kan per windproject verschillen. Zo draagt geluid verder over water of veel verharding. Dus als de windmolen in een omgeving met veel water of verharding staat, kan het zijn dat de windmolen op iets grotere afstand moet staan om bij omliggende woningen de geluidsnormen niet te overschrijden dan in een omgeving waar bijvoorbeeld de bodem zachter is (denk aan weilanden of bos) die het geluid meer absorbeert. Hier wordt in het geluidsonderzoek rekening mee gehouden.   

Hoe zit het met slagschaduw?

Normen voor slagschaduw opnieuw vastgesteld
Hieronder staat informatie over de slagschaduw van windmolens. Daarin wordt verwezen naar landelijke normen die bepalen hoeveel slagschaduw windmolens op de gevels van bijvoorbeeld woningen van derden mogen veroorzaken. Deze normen zijn in juni 2021 buiten werking gesteld voor de windmolens die op dat moment nog geen (onherroepelijke) vergunning hadden. We lichten daarom eerst toe hoe wordt gewerkt aan nieuwe landelijke normen. Daarna volgt de informatie over slagschaduw, met de informatie over de normen zoals die tot juni 2021 voor alle windmolens golden. Die informatie is volgens ons nog steeds van belang, omdat het ook gaat over wat omwonenden kunnen verwachten van de mogelijke slagschaduw.

 

Onderzoek voor nieuwe normen loopt
In juni 2021 stelde de Raad van State de landelijke normen voor slagschaduw en geluid van windmolens buiten werking vanwege een uitspraak van het Europees Hof van Justitie over een windpark in België (het Nevele-arrest). Het Europees Hof oordeelde dat er een zogeheten milieueffectonderzoek (planMER) aan de Belgische normen ten grondslag moet liggen. Dat onderzoek was in de Belgische situatie niet uitgevoerd en dus kunnen volgens het Europees Hof de normen niet worden gebruikt totdat dat onderzoek is uitgevoerd. In juni 2021 oordeelde de Raad van State dat dit ook geldt voor het Nederlandse Activiteitenbesluit waarin de normen voor windmolens zijn vastgelegd. Meer details leest u bij de Raad van State, klik daarvoor hier. Belangrijk om te vermelden is dat deze uitspraak van de Raad van State op dit moment geen gevolgen heeft voor de windmolens die op het moment van de uitspraak al een onherroepelijke vergunning hadden. 

 

De Raad van State zei niet dat de normen voor slagschaduw en geluid niet goed waren, maar dat bij het bepalen van de normen een milieueffectonderzoek had moeten worden uitgevoerd. Er is dus een procedurefout gemaakt. De Rijksoverheid voert nu het benodigde onderzoek uit. Daarna kunnen opnieuw landelijke normen worden vastgesteld. Daarvoor zijn drie mogelijkheden: de normen worden strenger of soepeler dan ze waren of ze blijven gelijk. Dat wordt pas later duidelijk. 

 

Stoplicht niet op rood voor windmolens
Dit betekent niet dat er geen windmolens kunnen worden geplaatst totdat er nieuwe landelijke normen zijn. De Raad van State benadrukte bij de uitspraak in juni 2021 dat er voor een specifiek project, specifieke lokale normen kunnen worden bepaald. Voorwaarde voor dergelijke specifieke normen is dat er een goede, op de lokale situatie toegesneden motivatie voor het specifieke windproject aan de normen ten grondslag ligt. Of dit mogelijk is, moet per project worden besproken met onder andere de overheden. Voor ons initiatief is daarover nog geen besluit genomen. Als er meer duidelijk is over de normen, passen we deze tekst daarop aan.

 

Maximaal zes uur per jaar
Dan volgt hier de informatie over de slagschaduw. Slagschaduw is de schaduw die ontstaat als de zon tegen de wieken van de windmolen schijnt. Doordat de wieken bewegen, beweegt deze schaduw ook. Als deze bewegende schaduw over bijvoorbeeld ramen van woningen gaat, kunnen omwonenden dat als hinderlijk ervaren. In de wet zijn voorschriften opgenomen om hinder te beperken: de gevel van zogeheten gevoelige objecten – zoals woningen, scholen en zorgcentra – mag maximaal zes uur per gemiddeld jaar worden geraakt door de slagschaduw. De hoogte van de windmolen of het aantal windmolens maakt daarbij niet uit: de gevel mag maximaal zes uur per gemiddeld jaar worden geraakt door de slagschaduw.

 

Windmolens automatisch stilgezet
Speciale software in de windmolens zorgt dat de windmolens automatisch worden stilgezet om te zorgen dat bijvoorbeeld woningen niet meer dan zes uur per jaar worden geraakt door de slagschaduw. Dit heet een stilstandsvoorziening. Bij de berekeningen hiervoor wordt ervan uitgegaan dat woningen gevels hebben met grote ramen. Ook wordt ervan uitgegaan dat er geen objecten zoals bomen tussen de woning en de windmolen staan. In de praktijk kunnen bijvoorbeeld bomen de slagschaduw voorkomen. Het valt heel precies te berekenen wanneer ergens slagschaduw ontstaat, aan de hand van de stand van de zon. Daardoor is dit goed te regelen en daar is inmiddels veel ervaring mee met de vele windmolens die al in Nederland staan.

 

Mate van hinder hangt af van positie ten opzichte van windmolen
Of slagschaduw hinderlijk is, is sterk afhankelijk van de positie van de woning ten opzichte van de windmolen. Als de windmolen bijvoorbeeld ten noorden van een woning staat, zal dat huis niet of nauwelijks worden geraakt door de slagschaduw. De zon schijnt immers nooit vanuit het noorden en kan dus een woning die ten zuiden van een windmolen staat niet raken. Onderstaande tekening toont in welk jaargetijde en in welk dagdeel op welke plekken rondom een windmolen slagschaduw kan ontstaan:

 Slagschaduw

Lees hier en hier meer over slagschaduw en de norm die daarvoor geldt.

 

Deze infographic van branchevereniging NWEA vat bovenstaande toelichting nog eens samen.

Komen er knipperende lampen op de windmolen?

Windmolens met een tiphoogte van 150 meter of hoger moeten worden verlicht met obstakelverlichting. Overdag is de verlichting wit en 's avonds en ’s nachts rood. De lampen zijn verplicht vanwege de vliegveiligheid. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) bepaalt op basis van internationale richtlijnen waar de verlichting een windmolen aan moet voldoen.

 

Zijn de lampen op een windmolen knipperend of vastbrandend?
Vroeger moesten de rode lampen 's avonds en 's nachts knipperen, maar omdat omwonenden aangaven dit hinderlijk te vinden hoeft dat niet meer. De lampen mogen nu ook vastbrandend zijn. Bij een groot windpark kan het ritme van de witte knipperende verlichting overdag op alle windmolens gelijk worden afgesteld. Dat geeft een rustiger beeld.

 

Lampen op de gondel en op de mast
Bij windmolens met een tiphoogte van 150 meter of hoger, komen er altijd lampen op de gondel (het ‘huisje’ bovenop de mast van de windmolen). Bij windmolens met een tiphoogte van meer dan 150 meter moeten ook halverwege de mast lampen komen. Bij windmolens met een tiphoogte van 210 meter of hoger moeten er volgens de regels ook op 1/3 en 2/3 hoogte van de mast lampen komen. Deze lampen op de mast branden minder fel dan de lampen op de gondel.

 

Lampen dimmen bij helder weer
Bij helder weer mogen de lampen worden gedimd. Hoe helderder het weer, hoe verder de lampen mogen worden gedimd. Dat mag tot 10 procent van hun gebruikelijke sterkte (dus een reductie van 90 procent van de lichtsterkte).

 

Nieuwe techniek: lampen alleen aan bij naderend vliegverkeer
De zoektocht naar obstakelverlichting die nog minder hinder veroorzaakt, gaat intussen door. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar lampen die uit staan en pas aan gaan als er een vliegtuig in de buurt is. Dat kan met behulp van zogeheten transpondertechnologie; ook wel naderingsdetectie genoemd. Na een succesvolle test bij een windpark in Zeeland mag naderingsdetectie in principe worden toegepast. Hiervoor moeten de komende tijd de regels aangepast worden. Bij nieuwe windparken van Pure Energie waar deze techniek een zinvolle bijdrage aan het voorkomen van lichthinder lijkt te zijn, wordt erop ingezet om transpondertechnologie toe te passen. Voorwaarde hiervoor is wel dat ILT hiervoor toestemming geeft bij dat specifieke windpark. 

 

Meer informatie over obstakelverlichting leest u op de website van de Rijksoverheid.